Afscheid van een goed boek

persian fireedWauw! Wat een goed boek is dat. Tom Holland, Persian fire; The First World Empire and the Battle for the West, Abacus, 2006 (in Nederland uitgebracht onder de titel ‘Perzisch vuur: De eerste supermacht en de strijd om het Westen,’ vertaling Jos den Bekker, Atheneum Polak & Van Gennep ISBN 9789025363154). Het verhaal over de Perzische oorlogen kende ik al lang. De heroïsche strijd van de Grieken tegen de overmacht van de Perzen. Westerse beschaving tegen Oosterse barbarij, goed tegen kwaad, eindigend in een grote – voorspelbare – overwinning van de Grieken. Bijna saai, op die epische slag bij Thermopylae na dan, natuurlijk, waar die moedige en deugdzame Koning Leonidas de Perzen er eens goed van langs geeft (voordat hij zelf het onderspit delft). Maar dan Tom Holland. Die maakt een Shakespeariaans drama van de Perzische oorlogen (ook gemeten naar de geweldige schrijfstijl). Eerst wekt hij bij de lezer sympathie op voor de wijze waarop Darius het Perzische Rijk verenigt en welvarend maakt. De mythische Perzische staatsideologie wordt tot leven gebracht, Holland wijdt je in in de revolutionair nieuwe bestuursstructuur, het faire belastingstelsel en de enorme omvang en welvaart van het eerste echte wereldrijk. Dan pas komen de Grieken ter sprake. Een stelletje boerenkinkels aan de randen van het onmetelijke Perzische imperium. Onuitstaanbaar overmoedig door een nergens op gestoelde, maar torenhoge zelfdunk die je wel meer ziet bij achterlijke culturen in geïsoleerde gebieden. Vooral de autistische Spartanen worden onnavolgbaar geportretteerd. Halverwege het boek snap je ook werkelijk niet dat de Grieken dit ooit hebben kunnen winnen. (Ze sturen – in oorlog met een wereldrijk – welgeteld drie spionnen naar Perzië om informatie over de vijand te vergaren, terwijl de Perzen al meer dan een decennium duizenden informanten in Attica en de Peloponnesos hebben zitten. Die drie worden dan ook nog voordat ze in Perzië aan wal stappen gesnapt.) De knulligheid, de wereldvreemdheid, ongelofelijk. Eigenlijk hadden – zo ervaar je midden in het boek – de Perzen moeten winnen. Die verdienden het echt meer dan de Grieken.

Dan volgt het verhaal van de veldslagen zelf. Na een rommelige aanleiding is er de slag bij Marathon (470 v. Chr.) – toegegeven, goed gespeeld van de Atheners – vervolgens Thermopylae, en Salamis (480 voor Christus). Phyrrusoverwinningen op zijn best. Hadden de Grieken niet een half jaar te voor een zilvermijn ontdekt, waarmee ze in een jaar een omvangrijke vloot konden uitrusten, dan hadden ze zeker het loodje gelegd en waren ook de Spartanen – geïsoleerd en gehaat op hun afgelegen schiereiland – zeker weten snel opgerold. Nooit hadden we meer van dat Griekse bergvolk gehoord dat uiteindelijk bij de Slag bij Plataeae zijn zelfstandigheid wist te bevechten en zo aan de fundamenten voor de Westerse cultuur kon gaan bouwen. Toeval, echt toeval.

Enfin. Het is het soort boek waarvan je verdrietig wordt als het uit is. Afscheid. De zomer is afgelopen, het boek klaar. Wat nu? Weer terug naar het gewone leven. Jammer van Xerxes, hij had de overwinning verdiend en we waren er waarschijnlijk niet eens slechter van geworden met zijn allen. Nou ja.

About wimvoermans

Meer nog te vinden op http://www.wimvoermans.nl/ en op facebook http://www.facebook.com/wim.voermans.58
This entry was posted in Algemeen, Boeken and tagged , , , , , , , , . Bookmark the permalink.

Leave a comment

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.