Spijkerbroekenmisbruik

naamlleeoosIedere generatie verzint wel iets om zijn ouders gek te maken. Maar wij, de tieners van de jaren zeventig, waren denk ik wel erg inventief: softdrugs, lange haren, daarna hanenkammen, onaangepast gedrag, opstandig, brutaal, en op een volstrekt vrijblijvende manier soort-van-betrokken bij maatschappelijke ontwikkelingen, waar we eigenlijk niks van wisten. En dan die aanmatigende, vaak ongegronde overtuiging dat de wereld niet deugde en dat alles anders moest. Ga d’r maar aan staan.  Onze ouders verdienen monumentjes voor hun tot het uiterste geteste tolerantie en geduld. Wij zelf zouden het van onze kinderen niet pikken.  Misschien was het ook gewoon de tijdgeest. Tijdgeest, ja daar had je veel van in de jaren zeventig.  Handenvol, zakken vol, bergen tijdgeest.

Neem nou de spijkerbroek, de broek die heel groovy-Nederland ineens was gaan dragen na 10 april 1971 (ik mag er een paar jaren naast zitten, maar het was in ieder geval 10 april). Dat zou een mooi onderwerp voor tijdgeeststudie van die periode zijn. Tegenwoordig is een spijkerbroek gewoon een kledingstuk, maar in 1976 was het niet minder dan een statement. Had je brede pijpen of smalle pijpen, was het een Wrangler, Lee of een Levi’s, was het een afgedragen, gebleekt en verweerd exemplaar of juist een nagelnieuwe? Die spijkerbroek was je visitekaartje. En een verkeerd kaartje kon gevolgen hebben: geen toegang tot de clubs waar je bij wilde horen. Dus daarom werden broekspijpen ingenomen totdat de draagsters ervan zowat geen adem meer konden halen.  Was er een levendige handel in afgedankte jeans omdat je daar nog lappen stof uit kon halen om een verweerde jeans te verstellen (zoals bij Don Felder, de gitarist van de Mannequin_with_jeansEagles). Bezwoer je je moeder dat je van huis weg zou lopen als ze je spijkerbroek weg zou gooien. Dat soort dingen. Sommigen hadden het maar makkelijk hoor: die kochten gewoon hun spullen en dat was het dan. Die liepen dan ongegeneerd een tijd voor gek in hun donkerblauwe winkeljeans met knalgele-af-fabriek laarzen. Omdat ze niet beter wisten, of omdat het ze niet kon schelen. Maar in mijn kringen was vintage, verweerd en afgedragen het devies en dat viel nog niet mee. Om op die manier cool en relaxed te kunnen zijn (jaren-zeventigs voor ‘chill’) moest er hard worden gewerkt. Het begon al met de aanschaf van nieuwe jeans: dat moest ‘cool’ gebeuren. Lastig, want ten eerste zat je nog midden in de rouwverwerking en ontkenning van het definitieve afscheid  van je oude jeans (vooral het onder ogen zien dat je er uit was gegroeid was voor sommige jaren zeventig meisjes – ‘chicks’ of ‘griet’ geheten – haast traumatisch). En ten tweede: hoe koop je nou in ’s hemelsnaam ‘cool’ een spijkerbroek?  Mijn vriend William (een jaar ouder dan ik) wist hoe. Dat moest je naamloadsfsdfgdosachteloos, nonchalant doen en zeker zonder je moeder. Eerst en vooral bekende je natuurlijk nooit dat je zoiets benauwds van plan was als kleren kopen, maar je zei eenvoudigweg dat je  er op uit ging om een l.p.-tje te scoren. Met de brommer naar Breda (ik mocht achterop) en dan door de bakken met platen neuzen van de net nieuwe Free Record Shop. Hele lp’s afluisteren en na een succesvolle aankoop nog even door de winkelstraat. Ongeïnteresseerd even de Levi’s Store checken, hoi en hi zeggen tegen de meiden van je school die aan het passen waren.

‘Kan ik helpen?’ vraagt een winkelmevrouw.

‘Twee Levi’s smalle pijp, een maat 26, een maat 28.’

‘Wilt u passen?’

‘Nee, pak maar in…’

Afrekenen en wegwezen, zonder de aankoop maar een blik waardig te keuren. Dat was pas cool en alle meiden van je school hadden het gezien. ‘Épater le bourgeois.’ Niet zo’n beetje. Maar eigenlijk begon de ellende dan pas echt. Die broeken die we in minder dan twee minuten kochten waren diep donkerblauw: blue denim[1] jeans. Stone washed, acid washed jeans en al dat soort onzin bestond nog niet. En zo met zo’n nieuwe broek – waarvan we maar hoopten dat die paste – in het openbaar ging echt niet. Er moest labeur aan te pas komen voor je je ermee kon vertonen.

Thuisgekomen, broek aan en snel naar het zwembad van oom Wim (de oom van William en Herrie). Die had een klein privézwembad waar we in mochten. Met je nieuwe jeans (kaartjes en al er nog aan) er in en de hele middag in het gechloreerde water rondzwemmen. In het begin zag je gewoon een indigo kleurspoor achter je uit waaieren in het water. Na het zwemmen met natte broek en al naar het kerkplein (40 bij 40 meter) en daar op je knieën in een soort processie een paar rondjes kruipen. Tot bloedens toe. Daarna – dat was makkelijker – nog een paar rondjes op je billen rondschuiven.  Vervolgens hup weer in het zwembad. En dan na al dat werken naar huis. Uit het zicht van je moeder de nog natte jeans in de wasmachine gooien en een beetje chloor aan het wasmiddel toevoegen. Wassen op 90 graden. Je kon je daarna maar met veel moeite in het eenmaal gedroogde, gekrompen eindproduct hijsen, het zat zo comfortabel als bordkarton en het rook nog weken naar de chloor. Je moeder foeterde over het jeansvandalisme, de doelbewuste vernieling van een dure aankoop  (want spijkerbroeken waren prijzig).naaADfasfasDfgmloos

Maar het was op de een of andere manier allemaal de moeite waard. In die tijd waarin de hele wereld nieuw en anders moest, waarin niks met rust gelaten werd, maar jeans oud en verweerd moesten zijn. Zoals  puppy’s knagen aan de schoenen en meubels van hun baasje. En onze lieve ouders begrepen dat. De tijdgeest zullen we maar zeggen. Hoewel die ene keer dat we na een vakantie in Zeeland de rits uit onze broeken rukten, er met de gatentang ringetjes inzetten en daardoorheen een witte veter als sluiting aanbrachten, wel heel veel gedoe gaf. Ik denk niet eens zozeer dat de schade aan de broek voor onze moeders zo’n probleem was, maar wel het feit dat je onderbroek en je buik nog zo duidelijk en uitnodigend achter de veters door kon zien. Dat ging kennelijk té ver. Wij vonden het geweldig. Maar wat wil je. Wij waren 17: alles was geweldig.

Shoptip-Jeans-Genie_crop650x505


[1] Van ‘De Nîmes’ – waar de katoensoort gebruikt voor bluejeans werd ontwikkeld. Jeans zelf is overigens ook weer vernoemd naar een stad, Genua (Gênes in de Franse benaming, verbasterd in het Engels tot ‘jeans’).

About wimvoermans

Meer nog te vinden op http://www.wimvoermans.nl/ en op facebook http://www.facebook.com/wim.voermans.58
This entry was posted in Algemeen, Persoonlijk and tagged , , , , , , . Bookmark the permalink.

1 Response to Spijkerbroekenmisbruik

  1. Pingback: Spijkerbroekenmisbruik | Wim Voermans – Stukjes

Leave a comment

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.